Ik was gisteren bij een vriendin waar ik vrijuit zat te praten over mijn ambities de wereld te redden.
Mauk: Daar konden jullie elkaar in vinden?
Ja, maar vanmorgen werd ik wakker en zag dat het te groot was.
Mauk: Dat het in je hart leeft om voor de wereld van betekenis te zijn vind ik geweldig. Als je jezelf daarin maakt tot iemand die de boel moet redden gaat het niet werken.
Ik raak mijzelf er in kwijt.
Mauk: ‘Willen redden’ ontstaat vaak op jonge leeftijd. Kleine kinderen die voelen dat hun ouders het lastig hebben, beginnen voor hen te zorgen.
Ja dat ken ik.
Mauk: Dat ‘zorgen voor’ is vaak gebaseerd op de angst dat de omgeving het niet redt en dat we daarmee ook zelf tekort komen. Het is een overlevingsreflex. En als je met die angst probeert het goede te doen, voed je de paniek. Het moet immers wel goed gaan.
Maar het is ook niet in orde om met allerlei futiele zaken bezig te zijn terwijl de wereld in de fik staat.
Mauk: Mag de vraag zijn: Welk ‘zelf’ is in staat in een wereld te opereren die in de fik staat? We hebben niet altijd al die activiteiten nodig. We hebben vooral de kwaliteit van menszijn nodig waarbij een mens voorbij angst en overleven zichzelf leert geven. Een kritischer massa van dergelijke mensen kan in crisissituaties het verschil maken.
Ja! Dank je wel.
Mauk: Jij dank je wel.
Mauk Pieper
Omega Levensschool